vrijdag 8 mei 2015

Tien memorabele restaurants (8/10) Saravana Bhavan - South Indian

Het eten dat we in Nederland kennen uit Indiase restaurants is van oudsher Noord Indiaas. De Zuid Indiase keuken is heel anders. Die volgde de vele Zuid Indiase arbeidsmigranten naar het Midden Oosten en Maleisië. In het jongste decenium begint het ook in West Europa voet aan de grond te krijgen, met name door de keten "Saravana Bhavan" - van oorsprong een klein restaurantje in Chennai.

Ik ben o.a. in de vestigingen in Kuala Lumpur (2 locaties), Singapore, Doha en Amsterdam geweest. De ene zaak is wat eenvoudiger, de andere wat meer up market, maar allemaal zijn ze hoogst authentiek. Je kunt er een Zuid Indiaas meal nemen, of beter nog: een masala dosai, een grote dunne "pannenkoek" met een kruidig aardappelprutje erin en munt- of kokos-chutney om in te dippen.

De vestigingen buiten India hebben als bijkomende attractie, dat ze een heel Indiaas publiek trekken. In Amsterdam zit er b.v. de halve Indiase expat gemeenschap. De sfeer neemt je dan ook meteen mee naar India.

Kuala Lumpur Leboh Ampang

Onze eerste kennismaking met Saravana Bhavan was in Little India, een Indiase wijk van Kuala Lumpur. Een nep-waterval over een glazen plaat beheerste de inrichting. Een paar jaar later was die weg. Een andere vestiging in Kuala Lumpur, Leboh Ampang, was veel eenvoudiger maar niet minder smakelijk. De zaak in Singapore had wat pretenties, je zat goed achter de grote ramen met uitzicht op het levenidge straatleven. De vestiging in Doha was misschien wel de meest authentieke, met een aparte "family room" boven, terwijl de mannen-alleen beneden aten.

Amsterdam begon met een inrichting waarbij de afstand tussen de losse tafeltjes zo klein was, dat je ze kon aanzien voor een hele lange tafel waar het aanschuiven was. Het eten was er zoals overal uitstekend en betaalbaar - de drankjes absurd duur. Maar dat was toch te doen omdat je traditioneel in India geen drankje bij het eten hoeft te bestellen - er staat een kan met water en bekers op tafel. Het eerste jaar na de opening zat de zaak vol met etnische Indiërs, later drongen de Nederlanders zich er meer tussen. Toen gingen ze dicht voor een verbouwing die bijna een jaar zou duren. We hadden laatst een pre-view. Het is allemaal ge-upgrade en de tafeltjes staan meer apart van elkaar. We hopen er binnenkort weer te kunnen gaan eten.


Meer:

Hier vind je meer Waterlily foodblogs

woensdag 6 mei 2015

Tien memorabele restaurants (6/10) Bang Rak - Satun

Thaise curry hoort romig en zacht in de mond te voelen, maar ook vol en pittig te smaken. De groente die er het beste in past, zijn kleine ronde aubergines. Zo klein en zacht dat je denkt dat het grote doperwten zijn. 

In Satun komen zo weinig toeristen dat er geen vegetarische gerechten op de kaart staan en dat de serveersters nauwelijks Engels spreken. Maar nadat, na wat uitproberen, eenmaal duidelijk was hoe we onze curry het liefst hadden, werd die alle volgende keren feilloos geserveerd. Variërend van heerlijk tot onvoorstelbaar lekker. De eerste paar jaar noemden we het "het curry restaurant", tot we er achter kwamen dat het "Bang Rak" heette. Als excuus daarvoor gold dat dat alleen in het Thai wordt aangegeven.


Uit mijn dagboek in februari 2015:

"(...) Dit was een wat klein half-open restaurant, waar het een gezellige drukte was met gemengd Thai publiek. We namen een papaya salade en een gele curry met tofu en stukjes omelet er in. Ze waren allebei behoorlijk pittig, maar als je ze door elkaar at spuwde je pas echt vuur! De schaal met stukjes watermeloen en ananas kwam als geroepen."



Uit mijn dagboek in januari 2016:  

"We wandelden naar het curry restaurant. Het zag er als altijd gezellig uit, redelijk gevuld, een paar gezinnen, een paar groepjes mannen met wiskey, allemaal onder een afdak dat tussen bomen hing. Een van de goedlachse serveersters begreep wat Engels. "Niet te heet." Hun not-so-spicy was voor ons op het randje van nog net eetbaar.  We bestelden groene curry met tofu -die lekker soeperig uitviel, alleen wat weinig groente- een aubergine-ei-salade, rijst en een biertje. De curry was onwaarschijnlijk lekker. Misschien wel een van de allerbeste ooit! En dat wil wat zeggen…"

Uit mijn dagboek in januari-februari 2018:
"We gingen eten bij het curry restaurant. Onder golfplaten onder een boom, op houten vloerdelen. Het was rustig toen we binnenkwamen. De serveersters en de eigenaar waren heel vriendelijk, een en al glimlach, en deden hun best onze bestelling op te nemen. Dat pakte goed uit: geen vlees of vis door de curry en salade, wel groente en tofu in de curry, en waanzinnig lekker. De verse curry met extra kruiden was heerlijk, vol, met diverse “lagen”  smaak. Woorden schieten te kort om de smaak te beschrijven. Met te volle buik naar huis gewandeld."

"Voor de laatste avond konden we natuurlijk nergens anders gaan eten dan bij het curry restaurant. En het was nog open ook. De baas groette ons weer hartelijk. Dit keer lukte het wel om de gele curry te bestellen. Tikje zurig en ongelooflijk scherp. De tweede ronde schepte ik geen extra saus over m’n rijst, want dan was het eigenlijk niet te doen. Maar lekker was het wel. We hadden er ook nog loempiaatjes bij en zoals altijd het fruithapje toe."
"(...) Toen een stel aan een andere tafel afrekende, ging het Chiang-meisje uitgebreid poseren met de man en zijn lege fles Chiang. Ik zei, wil je ook met mij op de foto? No, only chiang. Dus omdat ik een cola drink kun je niet met mij op de foto? Big smile maar geen foto! "

Uit mijn dagboek in januari-februari 2019: 
"We gingen naar Bang Rak, ons favoriete curry restaurant. En die reputatie maakten ze helemaal waar. De afgelopen 3 weken hadden we al een aantal keren (elders) curry gehad, en meestal was die prima, maar dit was gewoon de allerbeste. Een rijk smakenpalet, pittig maar niet tè, vol groente en tofu en groene kruiden, een romige structuur. Perfect. De eigenaar van de zaak herkende ons en we kregen een extra welkomsgroet. De serveersters groetten natuurlijk ook enthousiast en er was er eentje die een beetje engels sprak en ook nog van vorig jaar wist wat onze lievelings gerechten waren."

Uit mijn dagboek in januari-februari 2020:
"Nog half op Maleisische tijd gingen we bijtijds eten. Waar anders dan in Bang Rak, het beste curry-restaurant. De eigenaar begroette ons en de meisjes – grotendeels dezelfde staf, en dat na 5j – wisten nog hoe we onze curry wilden. De curry was creamy, pittig en vol van smaak. De mangosalade was fris en lekker. Ik dronk er een grote fles ijskoud bier bij, waar mijn favoriete biermeisje extra ijs bij deed. Alles was perfect. Ineens leek het alsof we hier gister nog waren. Dat hele bewogen jaar leek verdwenen."

"Bij Bang Rak was het weer aardig gevuld, de meisjes hadden het er maar druk mee, en de curry was weer heerlijk. Nu hadden we een salade van aubergine en eieren erbij, de aubergine was boterzacht."
"We aten bij Bang Rak. Gelukkig waren er weer vier meisjes in de bediening, al was het iets minder druk dan 3d geleden. De meisjes hadden nieuwe rode t-shirts met in drie talen de opdruk “welkom”. Het eten was weer verrukkelijk. Toen we weggingen wees de eigenaar er op dat ze vanaf morgen voor een dag of 4 à 5 dicht zouden gaan (vanwege Chinese New Year). Dat hadden we goed voorspeld."
"De voorlopig laatste wandeling naar Bang Rak. Even slikken. Ik zat nauwelijks toen de eigenaar naar me toe kwam: hé, je hebt vandaag koffie gedronken bij Chia. Hij belde om het me te vertellen. De curry was verrukkelijk. De senior serveerster begreep precies wat ik nodig had. De tweede cola kwam als vanzelf en een derde stelde ze niet eens voor. "

De openingswoorden van de laatste alinea hierboven, "voorlopig laatste", dreigen nu langer waar te blijven dan ik had kunnen vermoeden toen ik ze opschreef...

Meer:

Hier vind je meer Waterlily foodblogs

dinsdag 5 mei 2015

Tien memorabele gerechten (5/10) Tang City food court - Kuala Lumpur


In het hartje van de oude stad van Kuala Lumpur, ver weg van de glimmende Petronas Twin Towers, ligt China Town. Traditie en toekomst lopen letterlijk dwars door elkaar; ouderwetse winkeltjes in de zijstraten en drukke markten in de hoofdstraten. Het kan er behoorlijk druk zijn met Chinese toeristen, maar er wonen en werken ook veel locals. Tang City is een food court waar iedereen komt eten. Rondom een plein met smoezelige tafeltjes staan een 20-tal kleine kramen met allerlei soorten eten: noodles, rijst, soepen en kippen in allerlei variaties. Toeristen lopen zoekend rond om te doorgronden hoe het werkt; oude mannetjes met nog een paar tanden en een paar haren roken een sigaret. Iemand komt vragen wat je wilt drinken: een grote fles bier of een blikje fris? Je bestelt je eten bij een of meer van de kraampjes, en als het klaar is komen ze het bij je brengen. Meteen afrekenen.



Er is niet veel keus aan vegetarisch, maar met wat zoeken valt er wat te vinden. Niet dat wij nog zoeken. Als we hier komen gaan we rechtstreeks naar het Bengali stalletje. De uitbater herkent ons al, ook al kwamen we er maar een paar keer en zat daar soms een paar jaar tussen. Hier hebben ze de allerbeste naan ter wereld. Naan is brood uit de tandori oven. Het hoort vers, heet en fluffy te zijn. En dat is het. De begeleidende groenteschotel is bijzaak - alles draait om het verrukkelijke zachte brood.